Lissabon-doelstellingen: gewoon vergeten dan maar? Of andere doelstellingen kopiëren?
Het is inmiddels al weer bijna anderhalf jaar geleden dat het rapport van de commissie Kok (ja, ‘onze’ Wim Kok) liet zien dat de realisatie van de Lissabondoelstellingen wel erg ver weg leek. Even rimpelt het oppervlak en dan keert de rust weer langzaam terug in de vijver. De ‘reus’ Europa snurkt genoeglijk verder. Dat Europa de Lissabon-doelstellingen in sterke mate koppelt aan het Europese onderwijs is niet meer dan logisch. Ondanks alle innovatie, moderne technologie en nieuwe exportmarkten, lijkt de Europese economie uit te drogen door vooral een gebrek aan menselijk kapitaal waarmee de strijd in de 21ste eeuw kan worden aangebonden met nieuwe economische grootmachten als China en India.
Het OESO-rapport over het Europese onderwijs van Andreas Schleicher in opdracht van The Lisbon Council, doet alle alarmbellen rinkelen.
Europa’s educatiesysteem scoort niet goed, de prestaties op middelbare scholen zijn laag en ook de scores van universiteiten zijn slecht. In de top 20 van beste universiteiten van de wereld (Shanghai Jiao Tong University ranglijst) bevinden zich slechts 2 Europese universiteiten. Europa kent echter wel uitschieters naar boven, zoals het Finse educatiesysteem. Deze uitschieters tonen allemaal dezelfde kenmerken: gericht op talent, divers, een bestuurlijk systeem wat meer weg heeft van het bedrijfsleven en minder bureaucratisch is.
Er moeten mij in dit verband twee dingen van het hart.
Als Europa en met name het Europese onderwijs het in globaal perspectief inderdaad zo slecht doet, moeten we ophouden onszelf zand in de ogen te strooien met de uitkomsten van onderzoeken op Europese schaal, zoals het PISA-onderzoek.
Daarnaast is er sprake van een vreemde paradox als je bedenkt dat de nieuwe grootmachten als China en India groeien bij de gratie van kopieergedrag als eens Japan. In veel gevallen kiezen deze landen voor datzelfde Europese educatieve systeem (exchange students) om hun workforce op een hoger peil te brengen of dit systeem wordt eenvoudigweg op de van hen bekende wijze gekopieerd. Schijnbaar kopiëren ze alleen de goede elementen en weten ze dus ook wat de goede elementen zijn. Ook dat was al een sterk punt van de Japanners: kopiëren en het dan ook nog eens beter doen.
Kopiëren is niets mis mee (kinderen worden groot met louter kopieergedrag en daarin zelfs aangemoedigd) en het is de hoogste tijd dat alle loftuitingen over het Finse onderwijs leiden tot serieuze analyses en simpel maar effectief kopieergedrag. Of we daarnaast nog steeds zo ‘fanatiek’ moeten blijven denken aan 2010 als einddoel is een heel andere vraag.